Christian Silvain werd geboren in 1950 in Eupen, België.
Vanwege het gebrek aan interesse van zijn ouders bracht Christian Silvain het grootste deel van zijn kinderjaren bij twee oude tantes door. Op de leeftijd van drie of vier maakten zij bij Christian de smaak voor tekenen en schilderen wakker. Hij bracht uren met deze bezigheid door terwijl de tantes zorgden voor hun speelgoedwinkel op de begane grond.
In 1955 scheidden zijn ouders. Hij gaat dan naar de basisschool in Spa, waar hij de Franse taal aanleert, en waar hij al snel zijn kunstvaardigheid ontdekt.
Van 1957-1964 schildert hij na school en later na het werk op zolder in een hoekje. Er heerst algemene onverschilligheid, want niemand toont interesse in zijn schilderijen. Christian raakt steeds meer gesloten, en keert zich terug in zichzelf. De kloof tussen hem en zijn familie wordt steeds dieper. Het is na de ontdekking van een werk van Paul Delvaux dat hij definitief beslist dat hij schilder wordt en niets anders.
Na de dood van zijn twee tantes breekt Silvain volledig met zijn familie. Hij vertrekt naar Brussel, zonder geld, en zonder iemand ter plaatse te kennen. Dit is het begin van een periode onder de moeilijkste omstandigheden. Hij componeert en zingt zijn liederen op cafés en restaurants, om te overleven. en woont in een berging onder het dak Rue au Beurre, nabij de Grote Markt van de hoofdstad.
Vanaf 1967 werkte hij in het operettetheater van Brussel in de noordelijke wijk als klusjesman en begon de achtergronden die als decor werden gebruikt te herstellen. Hij ontmoet Maurice Béjart, raakt bevriend met een paar dansers en verzorgt decors voor het Ballet van de 20e eeuw. Hij ontmoet Jacques Brel in de kantine van het Théâtre de la Monnaie, waar ze vaak samen lunchen tijdens de repetities van «De man van La Mancha».
In 1968 werd Silvain opgeroepen voor militaire dienst, maar werd na een paar weken afgekeurd. Hij begint zijn eerste surrealistische schilderijen te schilderen, sterk beïnvloed door Paul Delvaux, die hij een beetje als zijn geestelijke vader beschouwt, en met wie hij bevriend zal zijn vele jaren later. Hij ontmoet ook de mime Marcel Marceau, die ook een schilder in zijn vrije tijd is en waarvan hij een surrealistisch portret maakt.
Silvain heeft zijn eerste solotentoonstelling bij Bernard van Berg in Brussel. Deze laatste exploiteerde een bontwinkel in de Louizalaan en kocht zijn eerste werken om hem te financieel ondersteunen.
Hij reist vervolgens naar Parijs en Duitsland met zijn vriend Jacques Grootaert die zijn agent is op dit moment. In 1971 kent zijn eerste expositie in Vlaanderen, Galerie Aymon in Oostende een groot succes.
Er volgen talrijke exposities in België en in het Buitenland.
Silvain verhuisd naar Vlaanderen in 1973, etst en beeldhouwd een korte periode. Hij schept een 50 tal etsen en een aantal grote naakten in Carrara-marmer.
In 1975 ontmoet hij Guy Pieters die gedurende 30jaar zijn agent wordt. In deze periode ontmoet Silvain de grootste namen van de hedendaagse kunstscène, en die contacten hebben als gevolg dat zijn eigen werk constant evolueert. Het gaat onder andere om Karel Appel, Christo, Tinguly, Nikki de Saint Phalle, Armand, Corneille en vele andere, die hem ook herinneren aan de fantastische avonden na- vernissages in Knokke le Zoute.
Eind de jaren 80 verdwijnen de “façades” langzaam om plaats te maken voor een poëtische kunst. Geïnspireerd, of die haar bron vind in tekeningen van autistische kinderen en mentaal gehandicapte volwassenen die hij regelmatig bezoekt in gespecialiseerde centrums en die hem aan zijn eigen moeilijke en eenzame kindertijd herinneren, die hem tot op heden nog steeds obsedeert.
In 1984 sterft zijn adoptievader Alfonse Faymonville. Vanaf deze tijd ontstaat er een breuk met zijn moeder Maria die hij nooit meer heeft teruggezien. Hij exposeerde toen in de hele wereld en talrijke Musea’s werven zijn werken aan. Het Ludwig museum in Duitslands wijd een expositie aan zijn reeks ‘Les Prisonniers’, 11 werken (de hele serie) wordt opgenomen in de vaste collectie van het Ludwigmuseum.
In 1992 exposeert Silvain op de wereld tentoonstelling naast Margritte, Alechinsky, Ensor, in het Museum Murillo in Sevillia.
Sedert 2002 en tot heden schept Silvain werken met zwarte acrylverf, met in het midden van het werk een figuur (rood of blauw), die soms een konijn, een olifant, het hoofd van een verbeelde moeder, een Mickey mouse zijn, de achtergrond gevuld met alle soorten objecten, kapot speelgoed, vliegtuigen, messen, waar men dikwijls korte, soms choquerende, zinnen kan lezen met een gedesillusioneerde poëzie en met woorden zoals “MUTTI” of “PEUR” en het woord “RIEN” komt duizenden keren voor.
Na de samenwerking met Jos Depypere, wordt in 2019 Martine Ehmer zijn nieuwe agent. Begin dat jaar verschenen talrijke artikels in zowel Belgische, Franse, en Chinese media in verband met het plagiaat van de werken van Christian Silvain door een beroemde Chinese kunstenaar.
Deze laatste plagieerde het werk van Silvain sedert 30 jaar. De stijl, maar ook de talrijke symbolen die het werk van Silvain typeren worden opgenomen in het werk van deze Chinese kunstenaar; De vogel, het nest, de kooi, het rode kruis, het vliegtuig, etc. Soms zijn er nog maar kleine details die het verschil maken.
De zaak doet veel stof opwaaien in China. Het Chinees volk voelt zich beledigd en kiest radicaal de kant van Silvain die massa’s steunbetuigingen ontvangt.
Maar de Belgische kunstenaar laat zich niet beroeren door de zaak en blijft onverstoorbaar werken in zijn atelier in Kluisbergen gesteund door zijn studente Julie De Bleeckere. Veel exposities zijn geplant in Brussel, Frankrijk en China.
Silvain heeft tentoongesteld in kunstgalerijen over de hele wereld, onder andere Galerij Guy Pieters in België en Frankrijk, Magna Gallery in New York, Bowls Gallery New York en Sant Francisco, Stichting Vassarely in Aix en provence, Gallery du Centre in Parijs, Ludwigmuseum in Duitsland, Gallery Delaive in Amsterdam enz.
Werken van Silvain zijn getoond op talrijke kunstbeurzen in Europa, De VS, Tel AVIF, Ottawa, Amsterdam Dusseldorf, Nice De wereld tentoonstelling …..
Een 35-tal boeken en catalogussen zijn verschenen over zijn werk. De Stichting C.S. wordt opgericht in 1992 en bezit momenteel ongeveer 470 tal werken van alle periodes vanaf zijn kinderjaren tot op heden.
De kunstenaars die zijn voorkeur hebben zijn Chagall, Alechinsky en zijn spirituele vader Paul Delvaux. Hij leeft in Kluisbergen(België , en werkt 10 tot 12 uur per dag , wetend dat hij sowieso tijd te kort zal hebben om ons alles te vertellen.